VIRTUELE PRESENTIE VAN CHRISTUS

9 IV 2020

Vieren we in de liturgie de reële tegen­woor­dig­heid van Christus in de Eucha­ristie of de virtuele? In deze Goede Week, het Triduum Sacrum en de Paas­tijd behelpen we ons klaar­blij­ke­lijk met de 'presentia virtu­alis'. Gele­gen­heid tot de 'presentia realis' wordt de gelo­vigen onthouden.

De volle­dige opschor­ting van vieringen tot Pink­steren komt mij als rigou­reus voor, ja, als te rigou­reus wanneer zelfs geen besloten Mis mag worden opge­dragen in een kerk samen met het toege­stane aantal medegelovigen.
Dat tijdens de Mis de deuren gesloten moeten worden is onont­koom­baar. Er zouden dan toch te veel mensen kunnen binnen­komen, waar­door de onder­linge afstand niet kan worden bewaard.

Feite­lijk zijn de maat­re­gelen in Neder­land nu zoals hier in Rome.

Wel blijft het wereld­wijd toege­staan en is het ook gevraagd en aange­raden om 'privé' de Heilige Mis op te dragen. Zo'n viering is even­goed niet privé; want het is een handelen van Christus en Zijn Kerk. 'Wij danken U omdat Gij ons waardig keurt om voor Uw aange­zicht te staan en Uw heilige dienst te verrichten', bidt de priester, de cele­brant (cf. Hoog­gebed II), die ten onrechte 'voor­ganger' wordt genoemd. Hij gaat niet voor, hij cele­breert in stede Christi.

Elke gece­le­breerde Mis geschiedt niet tot heil van enkelen maar tot heil van de gehele wereld. Daarin wordt Christus' ene offer tegen­woordig gesteld (cf. Hoog­gebed III):

'Wij vragen U, Heer, zie welwil­lend neer op het offer van Uw Kerk en wil erin Uw Zoon herkennen door Wiens dood Gij ons met U hebt verzoend.[…] Moge Hij ons maken tot een levende offer­gave voor U.'

De gehele Kerk viert mee over de dood heen in de gemeen­schap van de heiligen (cf. Hoog­gebed I): 'Verbonden in een zelfde gemeen­schap [als de huidige op aarde] eren wij de gedach­tenis van' de heiligen; 'omwille van hun verdien­sten en voor­bede help ons in alle omstan­dig­heden door Uw kracht en Uw bescherming'.

In Santa Maria dell'Anima gaat de conventsMis om zeven uur 's-morgens in conce­le­bratie gewoon door; de kerk is dan nog gesloten. De Mis om zes uur 's-avonds met geopende deuren doet de rector die verant­woor­ding draagt voor deze wijze van handelen. Hij meldt in de opening dat het een privé-Mis is maar dat aanwe­zige gelo­vigen ter communie kunnen komen. De meeste andere pries­ters dragen in deze uitzon­de­rings­toe­stand door de dag heen aan de zij-altaren de Mis op. Is er dan een gelo­vige die wil meevieren, dan kan die ook ter communie komen. Wij gehoor­zamen maar hebben tevens deze uitweg gevonden. In Neder­land mogen de mensen wel gewoon op straat. Daar past de Anima-oplos­sing dus niet. Wel zou het mijns inziens passen elke dag het wette­lijk toege­stane aantal mensen binnen te laten en voorts de
deuren te sluiten en dan met die toege­stane groep Eucha­ristie te vieren.

Dat vergt enige orga­ni­satie. Gelo­vigen moeten zich aanmelden. Wie het eerst komt, die het eerst maalt. En dan niet steeds dezelfde personen, opdat ook anderen de gele­gen­heid krijgen te komen. Bespre­king is even gewoon geworden als omgang met internet. Een plaats voor popcon­cert, sport­wed­strijd, tentoon­stel­ling en wat dies meer zij moet men tegen­woordig bespreken.

Waarom mogen mensen wel -- iedereen op zijn beurt--  de super­markt aandoen om voedsel te kopen en niet de kerk om zich te voeden met de hemelse gaven?

De priester zou daar­en­boven elke dag meer keren de Heilige Mis kunnen opdragen om meer beperkte groepen gelo­vigen van dienst te zijn.