NANTES

28 VII 2020

Il pleut sur Nantes
Donne-moi la main
Le ciel de Nantes
Rend mon coeur chagrin

Openings­strofe van het chanson van Barbara, gedicht en gecom­po­neerd in 1963 -- een jeugd­her­in­ne­ring, toen ik haar platen steeds weer draaide, een triest lied over haar vader, maar nu toepas­se­lijk op de 18 juli aange­stoken brand in de kathe­draal: De lucht van Nantes geeft mijn hart verdriet. En de regen boven de stad, door Barbara vanaf 1964 steeds weer vertolkt, laat zich verbinden met de regen en het wenen van Paul Verlaine, de tranen neer­da­lende bedroefd­heid van de dichter:

Il pleure dans mon coeur
comme il pleut sur la ville

Ik ben nog nooit in Nantes geweest en dat spijt mij nu te meer na de brand in de kathe­draal, inmid­dels zonder orgel immers en deels zonder oude ramen.

Door heel Frank­rijk heb ik in jonge jaren met de deux-chevaux gereisd. Alleen aan Bretagne en Normandië ben ik toen niet toege­komen. Mont Saint Michel, de kathe­draal van Rouen -- alleen al bekend van Flaubert's  'Madame Bovary' -- en de kathe­draal van Nantes, de stad van het Edict van 1598, wachten geduldig op een bezoek, indien dat nog gegeven mocht worden.

Le Figaro van 23 juli meldt dat in 2019 in Frank­rijk 16 branden hebben gewoed in kerke­lijke gebouwen: 2 kathe­dralen, waar­onder Notre Dame in Parijs, 13 kerken en 1 abdij. In de eerste zeven maanden van 2020 zijn dat al 9 katho­lieke gebouwen, waar­onder de kathe­draal Pierre & Paul  in Nantes.

Het blijft in het vage, of branden spon­taan zijn ontstaan, zoals moge­lijk in Parijs, of zijn aange­stoken, zoals klaar­blij­ke­lijk in Nantes. Tref­fend is, dat nu ook in de westerse wereld chris­te­lijke bede­huizen het steeds meer moeten ontgelden en nog al eens prooi zijn van vanda­listen. De verniel­zucht beperkt zich niet tot Frank­rijk in Europa. Juist dezer dagen beklagen bisschoppen van de Vere­nigde Staten zich over het toene­mende geweld tegen bede­huizen en beelden in hún omgeving.

Chris­ten­ver­vol­gingen nemen wereld­wijd toe, al horen wij in Neder­land daarvan slechts betrek­ke­lijk wegens gebrek aan belangstelling.

Op 10 juli beslist de Turkse Staats­raad de veran­de­ring van de Hagia Sophia in 1934 van moskee in museum voor onge­grond. En zo is het als chris­te­lijke kathe­draal gebouwde monu­ment vanaf 24 juli af opnieuw in gebruik als moskee.

Enige dagen na het besluit van de Staats­raad verklaart sheik Sultan III van een van de zeven vere­nigde emiraten op 16 juli tegen­over Sharjah News dat de kathe­draal van Cordoba in Spanje niet de chris­tenen toebe­hoort maar de moslims. De kathe­draal moet worden terug­ge­geven om weer moskee te worden.

Wat is de kwestie?

Na de vero­ve­ring van Cordoba in 711 door de moslims is de huidige kathe­draal als moskee gebouwd, maar in 1236 na terug­ver­o­ve­ring van de stad door de chris­tenen katho­liek Gods­huis geworden.

Daar­te­gen­over staat de gedach­ten­gang dat het huidige monu­ment de plaats inneemt van de oorspron­ke­lijke West-Goti­sche kerk die ten behoeve van deze bouw is neergehaald.

Welk gebeds­huis is het meest oorspron­ke­lijke -- het tweede, rede­neren moslims, het eerste beweren chris­tenen. En wat opgaat voor Cordoba, doet dat ook voor Constan­ti­nopel, aldus chris­tenen die wel vrede hebben met de Hagia Sophia als museum, ook al blijft zij kerk­ge­bouw, maar protes­teren dat zij exclu­sief moskee is. Hoe verhoudt zich dat tot de heden­daagse inter­re­li­gi­euse dialoog? Of komt die wellicht in hoofd­zaak slechts van één kant?

Dat de Hagia Sophia van museum nu weer moskee is geworden, komt door de macht van de Islam in Turkije in de persoon van de presi­dent van het land.

De kathe­draal van Cordoba bevindt zich in het ten minste naar de cultuur chris­te­lijke Spanje, waar geen dictator heerst maar een demo­kratie de gang van zaken bepaalt.

Wie gebeur­te­nissen als derge­lijke hier­boven samen zo volgt, die ontkomt niet aan het vermoeden van een zeker verband tussen al deze constateringen.

Reden als christen waak­zaam te zijn en in deemoed fier, evenwel niet zonder strijdlust.